Wat is coccidiose precies?
Coccidiose is een weerstand-gerelateerde ziekte. Hoe hoger de weerstand is, hoe lager de kans dat coccidiose uitbreekt. Stress is oorzaak nummer 1 voor het uitbreken van de ziekte. Stress heeft bij een konijn onmiddellijk invloed op de weerstand en stress kun je niet altijd voorkomen. Simpele dingen zoals temperatuurschommelingen, voerveranderingen, omgevingsveranderingen et cetera geven al zoveel stress aan een konijn, dat de weerstand omlaag gaat. Dat is een reden waarom al die jonge konijntjes, uit het nest naar de dierenwinkel en daarna weer naar een nieuw tehuis, zo gevoelig zijn voor coccidiose. De ziekte breekt uit wanneer de verantwoordelijke parasieten, coccidiën (dit zijn eencellige diertjes, ook wel protozoa genoemd) door weerstandsverlaging kans zien zich massaal te vermeerderen.

Hoe merk je coccidiose bij je konijn?
Diarree is een duidelijk symptoom. Andere symptomen die er op kunnen wijzen dat een konijn coccidiose heeft zijn verstoppingen, gasaanvallen en af en aan natte keutels. Laat in dit geval een keutel-onderzoek doen. Zelfs al zien de keutels er tussentijds perfect uit en zelfs al vindt de dierenarts zo’n onderzoek eigenlijk niet nodig. Worden er coccidiën of oöcysten (klontjes eitjes) gevonden, dan is het nodig een kuur te geven. Een konijn met coccidiose hoeft dus echt niet perse diarree te hebben en daar vergissen veel dierenartsen zich in. Heeft een konijn dunne diarree, dan heeft het al in zeer ernstige mate coccidiose.

Medicatie
Geen enkel antibioticum is in staat om de coccidiën zelf te doden. Dus ook het coccidiostaticum dat aan het voer toegevoegd is niet! Via uitscheiding van oöcysten wordt de besmetting verspreid. De medicijnen worden uitsluitend gegeven om bepaalde stadia van de cyclus te stoppen, zodat er onder andere geen eitjes meer komen.

Over het algemeen worden Toltrazuril, ESB3 of Baycox ingezet tegen coccidiose. De werkzame stof van Baycox is ook toltrazuril. Toltrazuril heeft het voordeel dat het een vroeger stadium stopt dan ESB3. Zo remt Totrazuril de coccidiën al af voordat ze zich splitsen in mannelijke en vrouwelijke exemplaren. Hierdoor ze zich niet kunnen gaan voortplanten. Waardoor er dus ook geen eitjes komen en  de besmettingscyclus onderbroken wordt. Ook levercoccidiose (veroorzaakt door Eimeria stiedae) kan met toltrazuril behandeld worden. ESB3 pakt de Eimeria stiedae niet voldoende aan en is met name nuttig bij darmcoccidiose. Baycox- 5% dosering: 0,4 ml per kg konijn 3-5 dagen , evt, tesamen met Sulfatrim of Bactrimel. zie onder:

Bactrimel sprookje
Wanneer er sprake is van een zeer ernstige coccidiën besmetting kan de darmwand beschadigd raken. Hierdoor krijgen pathogene bacteriën vrij spel en ontstaat darmslijm-vliesontsteking. Hier kun je dan ook vloeibare diarree zien. Dit is een zeer ernstige toestand die fataal kan verlopen. In dit geval kan het nodig zijn om, naast het anticoccidiosemiddel, een sulfa-antibioticum (trimethoprim-sulfonamide) in te zetten. Dit doodt de bacteriën. Voor dit doel wordt vaak Bactrimel gekozen. Daarmee is bij veel dierenartsen het sprookje ontstaan dat coccidiose te genezen zou zijn met Bactrimel. Dat is dus niet zo. Het is ondersteunende medicatie bij coccidiose, in die gevallen dat dat noodzakelijk is.

Eigen weerstand
Door de medicatie komen er geen eitjes meer. Maar de volwassen coccidiën, die niet met antibioticum aan te pakken zijn, wonen nog steeds in het konijn. Deze moeten door het konijn zelf overwonnen worden. Wanneer de weerstand hoog is, worden de coccidiën door het eigen systeem onder controle gehouden. De beste preventie tegen coccidiose is daarom niet coccidiostaticum in het voer, maar zorgen voor een hoge weerstand van de konijnen.